-
1 uitwaaien
2 [een frisse neus halen] get a breath of (fresh) air3 [naar buiten gaan staan] blow out/open♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [doven] blow out -
2 uitblazen
-
3 opblazen
v. blow out, blow, inflate, puff, send up -
4 uitrazen
♦voorbeelden: -
5 schieten
2 [plotseling opkomen] 〈 zie voorbeelden〉3 [uitbotten] shoot (up), sprout♦voorbeelden:goed/slecht schieten • be a good/bad shotop iemand schieten • shoot/take a shot at someoneop de menigte schieten • fire into the crowdhet is hem in zijn rug geschoten • he's cricked his backer schiet mij net iets te binnen • I've just thought of somethingweer te binnen schieten • come back (to mind)heen en weer schieten • flick(er), flashbij het ongeluk was hij door de voorruit geschoten • during the crash he had been thrown out of the car through the windscreenin zijn kleren schieten • throw one's clothes onsnel weer in bed schieten • dart back into bediets niet laten schieten • hang on to somethingeen kans laten schieten • pass over an opportunityII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 [treffen] shoot3 [in een toestand brengen] shoot4 [met betrekking tot gewassen] shoot♦voorbeelden:zich voor de kop/zich een kogel door het hoofd schieten • blow out one's brains1 [balsport] shoot♦voorbeelden:in het doel schieten • net (the ball) -
6 slemp
2 [overdadige traktatie] treat♦voorbeelden: -
7 slemppartij
-
8 zich voor de kop/zich een kogel door het hoofd schieten
zich voor de kop/zich een kogel door het hoofd schietenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich voor de kop/zich een kogel door het hoofd schieten
-
9 blazen
1 [krachtig uitademen] blow2 [met betrekking tot de wind] blow5 [in het blaaspijpje blazen] breathe into a breathalyser♦voorbeelden:4 op de trompet/de fluit/het fluitje/de hoorn blazen • sound the trumpet, play the flute, blow the whistle, play the hornII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 [verwijderen door blazen] blow3 [door blazen vervaardigen] blow♦voorbeelden:2 stof van de tafel blazen • blow dust off/from the table¶ het is oppassen geblazen • we/you need to watch out -
10 opblazen
♦voorbeelden:iets geweldig opblazen • blow something up out of all proportion -
11 uitvallen
2 [losgaande vallen] fall/drop/come out4 [het genoemde resultaat hebben] turn/come/work out5 [de genoemde aard hebben] turn out (to be)6 [een uitval doen] make a sally/sortie; 〈 schermen〉 make a lunge/thrust♦voorbeelden:3 de stroom is uitgevallen • there's a power failure, the power's faileder zijn drie man bij die race uitgevallen • three people have dropped out of the race4 we weten niet hoe de stemming zal uitvallen • we don't know how/which way the vote will goin iemands voordeel uitvallen • turn/work out in someone's favour/to someone's advantage -
12 opsmukken
-
13 losbarsten
3 [losgaan, breken] burst/break (loose)♦voorbeelden: -
14 oor
1 [gehoororgaan] ear2 [oorschelp] ear♦voorbeelden:dat gaat het ene oor in, het andere uit • it goes in one ear and out the otherik heb er wel oren naar • I rather like the ideahij heeft er geen oren naar • he won't hear of itde oren sluiten voor • close one's ears/be deaf tohet oor strelen • be a delight to the eardoof aan één oor • deaf in one eariemand iets in het oor fluisteren • whisper something in someone's ear〈 figuurlijk〉 dat komt hem ter ore • that has come to his attention/earsmijn oren tuiten (ervan) • my ears are ringingzich achter de oren krabben • scratch one's headze bloosde tot achter haar oren • she blushed to the roots of her hairgaatjes in de oren hebben • have pierced ears〈 figuurlijk〉 ik stond wel even met mijn oren te klapperen • I couldn't believe my ears/what I was hearing〈 figuurlijk〉 iemand met iets om de oren slaan • blow someone up over something, give someone hell about somethingde kogels vlogen hen om de oren • the bullets whizzed past their earsop één oor liggen • be stretched out¶ iemand een oor aannaaien • fool someone, take someone for a ridezij laat zich geen oor aannaaien • she's nobody's fool〈Algemeen Zuid-Nederlands; figuurlijk; informeel〉 iemand de oren van zijn kop zagen • bore someone to tearsop een oor na gevild zijn • be on the home stretch/last lap -
15 kop
1 [deel van het dierlijk lichaam] head7 [afbeelding; iets met de gedaante van een kop] head8 [persoon] head9 [audio, video] head♦voorbeelden:kop dicht! • shut up!〈 figuurlijk〉 een houten kop hebben • have a hangover, have a thick headeen kale kop • a bald headzij is een kop kleiner dan hij • she's a head shorter than he iseen mooie kop met haar • a beautiful head of haireen rooie kop krijgen • go red, flushhou je kop! • shut up!, shut your trap!hij had zichzelf wel voor zijn kop kunnen slaan • he could have kicked himselfkop op! • chin/cheer up!〈 figuurlijk〉 op zijn kop krijgen • get a good scolding/telling-offje krijgt het niet al ga je op je kop staan • you're not going to get it no matter what you dozich voor de kop schieten • blow one's brains outzij kreeg een kop als vuur • she turned as red as a beetrootdat is een knappe kop • he is a smart fellowmet een kwaaie kop weglopen • leave in a huffiemand aan zijn kop zeuren • nag someonehij heeft het nu eenmaal in zijn kop • he has taken it into his headde kop van Overijssel • the north of Overijsselde kop van een spijker/hamer • the head of a nail/hammerde kop van een stoet/het peloton • the head of a procession/the platoon〈 sport〉 de kop nemen • take the lead, go into the leadop zijn kop staan • be topsy-turvy/upside downover de kop gaan/slaan • overturn, somersault〈 figuurlijk〉 over de kop gaan • go broke, foldeen kop en schotel • a cup and saucer6 grote/vette koppen • big/bold headlinesde koppen tellen • count headseen gerucht de kop indrukken • 〈 ook〉 squash/scotch a rumourde kop opsteken • surface, crop upde griep steekt weer de kop op • the flu is rearing its (ugly) head againiets op de kop (weten te) tikken • (manage to) pick something up, (manage to) get hold of something/come by somethinghet is vijf uur op de kop af • it is exactly five o'clock -
16 losbreken
-
17 lucht
1 [gasmengsel, ingeademde lucht] air2 [dampkring, buitenlucht] air3 [hemel] sky♦voorbeelden:doen of iemand lucht is • ignore someone, look right/straight through someonein de open lucht slapen • sleep in the open airer zit onweer in de lucht • 〈 ook figuurlijk〉 there is a storm in the air/brewing〈 figuurlijk〉 er hangt iets in de lucht • there is something brewing/in the wind/afootin de lucht vliegen • blow up, explodeeen etherpiraat uit de lucht halen • take a pirate station off the air〈 figuurlijk〉 uit de lucht komen vallen • appear out of the blue/out of thin airhoe kom jij zo uit de lucht vallen? • where did you spring from?¶ aan een overtuiging lucht geven • air/vent an opinionde klachten waren niet van de lucht • complaints poured in -
18 uitwoeden
-
19 uitblazen
v. blow, put out, puff -
20 doorbranden
• to blow• to burn• to burn out• to fuse• to melt
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Blow out — Réalisation Brian de Palma Acteurs principaux John Travolta Nancy Allen John Lithgow Dennis Franz Scénario Brian de Palma Musique Pino Donnagio Décors Paul Sylbert Photographie … Wikipédia en Français
Blow-out — auch: Blow|out 〈[bloʊaʊt] m. 6〉 unkontrolliertes Entweichen von Erdöl od. Erdgas aus einem Bohrloch [<engl. blow „blasen“ + out „aus, heraus“] * * * Blow out, Blow|out [ bloʊ|a̮ut, auch: bloʊ |a̮ut], der; s, s [engl. blow out, zu: to blow out … Universal-Lexikon
blow-out — blow outs (in AM and sometimes in BRIT, use blowout) 1) N COUNT A blow out is a large meal, often a celebration with family or friends, at which people may eat too much. [INFORMAL] Once in a while we had a major blow out. Syn: pig out 2) N COUNT… … English dictionary
blow out — (n.) also blowout, 1825, Amer.Eng. colloquial, outburst, brouhaha (what, in modern use, would be called a BLOW UP (Cf. blow up)), from BLOW (Cf. blow) (v.1) + OUT (Cf. out). Meaning abundant feast is recorded from 1824; that of flat tire is from… … Etymology dictionary
blow-out — also blow|out especially AmE [ˈbləuaut US ˈblou ] n 1.) a sudden bursting of a tyre →↑puncture ▪ I had a blow out on the driver s side. 2.) [usually singular] informal a big expensive meal or large social occasion ▪ … Dictionary of contemporary English
Blow-out — [ blou|aut], auch Blow|out der; s, s <zu engl. to blow out »ausbrechen; platzen«> unkontrollierter Ausbruch von Erdöl od. Erdgas aus einem Bohrloch … Das große Fremdwörterbuch
Blow-out — n. The cleaning of the flues of a boiler from scale, etc., by a blast of steam. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Blow-out — auch: Blow|out 〈[bloʊaʊt] m.; Gen.: s, Pl.: s〉 unkontrolliertes Entweichen von Erdöl oder Erdgas aus einem Bohrloch [Etym.: engl., »Ölausbruch; Schlemmerei«] … Lexikalische Deutsches Wörterbuch
blow out — (someone) to defeat someone completely. Sometimes you play really badly and get blown out … New idioms dictionary
blow out — (something) to make something stop working. I turned on my new television and blew out the picture tube … New idioms dictionary
Blow Out — Film policier de Brian De Palma, avec John Travolta, Nancy Allen, John Litgow. Pays: États Unis Date de sortie: 1981 Technique: couleurs Durée: 1 h 47 Résumé Un preneur de son découvre par hasard un assassinat politique camouflé… … Dictionnaire mondial des Films